zondag 27 augustus 2000

2000 08 27 09 Hoofdstuk 7 Interferentie.

2000 08 27 09     Hoofdstuk 7     Interferentie.


Hoofdstuk 7    Interferentie.

De onzienlijke dingen worden door de zienlijke dingen geopenbaard.
(Iets wat je niet kunt zien, kun je begrijpen door dingen die je wel kunt zien te bestuderen)
 Stel, je neemt een platte vierkante bak met water. Naast elkaar op het midden van 1 zijde, 2 dompelaars, die laat je op en neer gaan.
Een dompelaar geeft kringen in het water, die tweede ook, als de toppen van 2 golven elkaar tegen komen is het resultaat een hogere golf, de golven zijn dan: ’in fase’’
Komt een dal van de ene golf tegen een top van de andere, dan zijn ze in tegenfase en zullen ze elkaar uitdoven.
Een voorbeeld uit de geluidsleer:
Geluid bestaat uit luchttrillingen. Door een lucht stroom snel en regelmatig te blokkeren, ontstaat een toon.
Stel je een instrument voor waarbij de ingaande luchtstroom wordt gesplitst en even verder weer bij elkaar komt. En dat de ene buis langer is dan de andere.
Een beetje fluittoon is ongeveer 1000 hertz = 1000 trillingen per seconde.
Aangezien de geluidssnelheid ongeveer 330 meter per seconde is, geeft enig rekenwerk dat de golflengte van deze 1000 Hz toon; 330 : 1000 = 0,33 meter of 33 cm is
Als je nu deze toon laat klinken in het begin van dit instrument en de ene buis is 16,5 cm langer dan de andere, dan zijn de geluidsgolven in tegenfase en zullen de geluidsgolven elkaar uitdoven; er komt geen geluid meer uit of wel ernstig verzwakt.
Je kunt het geluid ook opvangen met een microfoon en dat in tegenfase door luidsprekers verder sturen. Als dit geluid mengt met het oorspronkelijke zal het duidelijk verzwakken, deze techniek staat bekend als ‘demping door anti geluid.’’
Met licht kun je soortgelijke trucks uithalen en dan blijkt ook dat je licht met licht kunt uitdoven.
Maar terug naar die waterbak.
In het midden van een zijde plaatsen we 1 dompelaar en de golven die die opwekt komen met regelmaat aan op de overliggende zijde; eerst in het midden en dan, gelijk op links en rechts van het midden.
Nu plaatsen we een plaat ongeveer in het midden, dan kunnen de golven niet verder.
In deze plaat maken we een beetje links en rechts van het midden, 2 gaten.
Elk gat zal nu fungeren als nieuwe dompelaar, maar nu weten we zeker dat ze gelijk op gaan: ze zijn : ‘’In fase’’. Voorbij deze gaten krijgen we dus 2 golffronten die elk op weg zijn naar de overkant.
Waar 2 golven elkaar raken ontstaat een hogere golf en als het dal van de ene golf de berg van de andere tegenkomt zullen ze elkaar uitdoven.
In het midden tussen de beide gaten zijn de beide golven altijd in fase. En in het midden van de overliggende zijde komen dan ook de golven in fase aan. Maar iets links en rechts van dit midden liggen punten waar de golven elkaar steeds uitdoven, en een eindje verder weer dat ze elkaar versterken.

Een atoom bestaat, volgens Bohr, uit een positieve kern, met daarom heen een elektronen wolk.
Deze wolk wordt voorgesteld als een elektron dat met een enorme bloedgang om de kern cirkelt, meerdere elektronen op verschillende niveaus.
Bij sommige atomen is de buitenste elektronenwolk er vrij gemakkelijk van los te krijgen. Er blijft dan een positief geladen ion over en die wolk gedraagt zich als een deeltje, het elektron.
Toen radio’s nog warm moesten worden zaten er buizen in, ook wel radio lampen genoemd waar dit werd toegepast. De kathode werd met een gloeidraadje verwarmd en op de anode stond een hoge elektrische spanning waardoor de elektronen van de kathode naar de anode werden gezogen.
Andersom werkt niet en als deze buis 2 elektroden had, een kathode en een anode werd hij diode genoemd en gebruikt als gelijkrichter omdat hij, net als een ventiel, de stroom maar 1 kant op door liet.
Ook een oscilloscoop heeft een kathode en het scherm is de anode en de elektronen worden met platen of met spoelen afgebogen zo dat je de mooiste figuren kan krijgen op het anode scherm.
De beeldbuis van de televisie werkte ook zo, alleen werd de elektronenstraal zo afgebogen dat hij, net als een balpen op papier, het hele scherm vol schreef.
Door de sterkte te variëren kreeg je licht en donker op je scherm en zo ontstond het beeld.
In al deze toepassingen gedragen de elektronen zich als deeltjes. Er is zelfs de lading van 1 elektron vastgesteld.
Het hele scherm wordt net zo beschreven als dat je een boek leest; regel voor regel.

Nu gaan we terug naar die waterbak met die plaat met 2 gaten.
In plaats van de dompelaar plaatsen we nu een kathode en we richten de elektronenstraal op de beide gaten.
Als elektronen zich gedragen als deeltjes, zou je op de lange zijde 2 punten vinden waar de elektronen terecht komen.
Maar dat gebeurt niet! Er ontstaat een interferentiepatroon op de lange kant, net als bij de watergolven!
Nu denk je dat dat komt omdat het een voortdurende grote stroom van elektronen is, maar toen men het experiment herhaalde met elektronen die 1 voor 1 werden afgeschoten ontstond toch weer dat interferentiepatroon.
Heel merkwaardig, stel je de elektronen voor als knikkers, en die schiet je door 2 gaten en dan krijg je een interferentie patroon.
Bij die gaten gebeuren dus vreemde dingen.
Men heeft zeer nauwkeurige waarnemingsapparatuur opgesteld om te zien wat er bij die gaten gebeurde. Hoe kan een deeltje zich gedragen als een golf?
Maar als die waarneming apparatuur geplaatst was, kreeg je, net als bij knikkers, 2 punten, niks geen interferentie.
Na te kijken op YouTube        http://www.youtube.com/watch?v=6Q4_nl0ICao  
Dr. Quantum Explains Double Slit Experiment
Of zoeken op interferentie marbles.

Op dezelfde wijze werkt God.

Iedere christen weet dat God werkt, maar zodra als je het probeert objectief vast te stellen zal dit mislukken, omdat God werkt in het verborgene.


zondag 13 augustus 2000

2000 08 13 10 Hoofdstuk 8 Jezus Leeft.

2000 08 13 10    Hoofdstuk 8       Jezus Leeft.

Hoofdstuk 8               Jezus Leeft.

In een klein buurtschap Luchtenveld aan de Folgerster Loane, ten noorden van  Drachten staat op nummer 74 een kerkje met deze tekst er duidelijk op vermeld.
Het ‘’kerkje Jezus leeft’’ wordt dan ook gebruikt als oriënteringspunt. Het is bekender dan de officiële naam Luchtenveld.
Maar, in vervolg van Hoofdstuk 1, Is het waar dat Jezus leeft?
Voor de laatste dominee van het kerkje zeker, maar een beetje zonderling was hij toch wel.
Slechts 6 km daar vandaan staat het gebouw van de grootste gemeente van Nederland, De Bethel.
Als je daar een willekeurige kerkganger de vraag stelt: Leeft Jezus? Dat krijg je als antwoord: Ja zeker!
Maar als je tot je neemt wat de media er over berichten dan krijg je de indruk dat deze mensen tot een uitstervend ras behoren en dat de moderne weldenkende mensen tegenwoordig beter weten. (weer ‘’weten’’ voor ‘’waar houden’’)
Ik denk dat ieder mens een godsbegrip heeft; iedereen heeft besef dat er meer moet zijn dan het ondermaanse wat wij direct waarnemen.
Hamlet zei het al: Er is meer tussen hemel en aarde dan wij vermoeden, Horatio, of kunnen dromen.”
Mensen zeggen dan: ’ ik denk wel dat er ‘iets’ is’. 
Het z.g. ’Iets isme’. Vaak vind men zichzelf dan al heel gelovig.
Een stapje verder gaan de mensen die geloven dat er een God bestaat, dat is al heel wat.
De gevestigde kerken leren dit zeker en koppelen er een heel normen en waarden stelsel aan vast, zoals goed zijn voor je buurman en een goede rentmeester zijn van de schepping.
Als er 1 wezen is dat weet dat God bestaat is het de duivel of satan. 
In Jak.2:16 staat: Gij gelooft, dat God een enig God is; gij doet wel; de duivelen geloven het ook, en zij sidderen.
Geloven dat er een God is, is dus niet voldoende om behouden te worden.
De boodschap van Genade en verlossing wordt in de meeste kerken niet meer gepredikt.
Dat is een groot gemis.
Natuurlijk kun je de mens leefregels voorhouden. 
Maar meestal werkt het opleggen van wetten niet.
Wat is bewijs?

Als je het hoofdstuk over interferentie begrepen hebt snap je waarom er geen bewijs is dat Jezus leeft.
Stel dat je onomstotelijk zou kunnen bewijzen dat God bestaat. 
Waar zou je dan nog in moeten geloven? Iedereen zou dan een gelovige zijn, waar blijft de overtuiging?
Je moet als mens de stap zetten om de Bijbel te gaan geloven.
Geen geloof, dus geen overtuiging, want het is toch overtuigend bewezen?
Juist dat het niet overtuigend kan worden bewezen, is voor mij het teken dat het wel zo is, anders kan het niet werken.
Als je het onomstotelijk kunt bewijzen, is het geen geloof meer.

Kun je bewijzen dat Jezus leeft?

Maar dat Hij leeft is zeker!



zondag 6 augustus 2000

2000 08 06 11 Hoofdstuk 9 Naastenliefde.

2000 08 06 11     Hoofdstuk 9   Naastenliefde.


Hoofdstuk 9   Naastenliefde.

Het wordt in het algemeen als een christelijke eigenschap gezien om goed te doen aan je medemens.
Als er ergens ter wereld een ramp plaats vindt, zijn we vooral in de christelijke westerse wereld bereid om geld in te zamelen om die mensen te helpen.
Is dit verkeerd?
Beslist niet.
Alleen hoef je geen christen te zijn om je medemens te helpen.
Je laat diegene die je kunt helpen toch niet aan zijn lot over?
Als je ergens iemand ziet vallen dan ga je toch kijken of die persoon misschien hulp nodig heeft?

Maar is dit een christenplicht?

De Heere Jezus vertelde er een speciaal verhaal over, dat bekend staat als '' De barmhartige Samaritaan''.:
Een mens reisde af van Jeruzalem naar Jericho en onderweg werd hij overvallen door rovers die hem gewond en hulpeloos achterlieten.
Eerst kwam er een Leviet voorbij.
Levieten waren mensen die dienst deden in de tempel, vertaald naar nu zou je kunnen zeggen een koster of een dienstbode van een pastoor.
Die zag de man liggen, maar hielp hem niet.
Later kwam er een Priester voorbij. Te ''vertalen'' met een dominee of pastoor, maar die was bang zelf ook overvallen te worden en liet hem aan zijn lot over.
Toen kwam er een Samaritaan, iemand van een niet geliefde bevolkingsgroep.
Vergelijk hem met een Marokkaan. (verder niets ten nadele van Marokkanen.)
Maar die steeg af van zijn rijdier en verzorgde de gewonde man en zette hem op zijn eigen rijdier, bracht hem naar een herberg en stond borg voor zijn verzorging.
Wat was nu de vraag?  ''Wie was de naaste van die man die overvallen was''
En het antwoord was: diegene die hem barmhartigheid bewezen heeft = die Samaritaan / Marokkaan.
Let wel, er wordt in dit verhaal niet gezegd dat de naaste van die Samaritaan die gewonde man was, m.a.w. ook wij moeten gewonde mensen helpen.
Nee, diegene die ons geholpen heeft, die is onze naaste.
En de lering van dit verhaal is dan ook dat wij moeten liefhebben die ons geholpen heeft, en wie is dat anders dan de Heere Jezus, die voor ons de dood inging om daarmee de dood te overwinnen zodat wij eeuwig leven konden krijgen?
Dat is dus wat anders dan de gangbare kerkelijke opvatting: – '' Wees dus niet alleen lief voor mensen waar je van houd, maar wees lief tegen iedereen. Zo kunnen mensen ook aan jou zien dat je een kind van God bent. Denk niet als mensen je nodig hebben: 'Oh die, nou die doet ook nooit wat voor mij' , of: 'dat klasgenootje pest mij altijd, moet ik hém nu helpen?' Laat de liefde voorop staan zoals bij de Samaritaan. Dat is vaak heel moeilijk. Want dan maak je je klein. Maar dat is wel precies wat God van jou en mij vraagt. Als je zo probeert te leven, heeft God je lief, en zal Hij je de kracht ervoor geven om te doen zoals de Samaritaan deed.  '' {gevonden op http://holyhome.nl/gel-19.html} –  
Mooi gevonden, maar het staat er niet.
In diezelfde site gaat men er van uit dat de gelijkenissen vermeld staan om iets duidelijk te maken. Het was een joodse gewoonte om zaken met een gelijkenis te verduidelijken.
Dit is beslist niet wat er over in de Bijbel staat.
In Matt 13, waar de gelijkenissen vermeld staan, staat meteen de vraag van de discipelen:
Waarom spreekt U in Gelijkenissen? en het antwoord is: Ze mogen ziende niet zien m.a.w. het moet verborgen blijven!
Het is hun niet gegeven om ze te begrijpen. weer een voorbeeld van een verkeerde uitleg van de Bijbel waardoor mensen hun geloof verliezen.
De eerst hit bij Google gaat over deze foute interpretatie.
 https://www.gotquestions.org/Nederlands/Jezus-gelijkenissen.html


In Mattheüs 22:37-40 worden de geboden samengevat:
Het eerste gebod is: Je zult de Heere uw God liefhebben (enz.)
en het tweede, daaraan gelijk: en uw naaste als u zelf.
Je kunt, al redenerende, dan zeggen dat onze naaste God is, die we moeten liefhebben.

Volgorde;
Eerst Christus, dan onze mede gelovigen en dan de andere mensen.
Hier is een Bijbels lijstje met teksten van te produceren, maar dat gaat mij nu te ver.

De ''algemene christelijke deugden'' zijn dan toch opkomen voor de zwakkeren in de samenleving en het verlenen van gastvrijheid.
Maar toch in eerste instantie onze broeders en zusters.
Om goed te doen aan anderen, hoef je geen christen te zijn.
Dat kan op humane gronden net zo goed.
Het is niet populair om te zeggen, maar als we onze welvaart eerlijk zouden delen waren we een stuk armer dan dat we nu zijn.
De overgrote meerderheid van de wereldbevolking heeft het nu eenmaal slechter dan wij.
Een stuk van onze welvaart schenken aan mensen die er slechter aan toe zijn dan wij hier is een menselijke plicht, of toch een christelijke?
Nu Nederland in hoog tempo ontchristelijkt, zie je dat de noodzaak voor ontwikkelingshulp ook minder ingezien wordt.
Niet vergeten dat ontwikkelingshulp eerst ook diende om onze productie te helpen.
We gaven wel een bedrag, maar daar moesten wel Nederlandse producten voor gekocht worden.
Hoe het onderhand is weet ik niet.
Zijn we verplicht om als Christen onze naasten te onderhouden?
Jazeker, in de brieven van Paulus wordt er meerdere keren tot opgeroepen, maar dan gaat het altijd om mede-gelovigen.

De term: ''verre naasten'' komt in de Bijbel niet voor.
Waarmee ik niet wil zeggen dat het fout is.

Maar ons humanisme heeft wel degelijk christelijke wortels.
In de islam wordt geleerd dat armoe je overkomt omdat Allah dat zo gewild heeft.
Het geven van aalmoezen is wel een plicht van een moslim, maar dit blijft kleinschalig.
Na W.O.2 werd gestreefd om alle armoede uit Nederland te krijgen en is ons sociale netwerk opgebouwd.
Ook andere Europese landen hebben dit min of meer geprobeerd.
In de USA is de sociale zekerheid een stuk slechter als in Europa.
Ik ken geen enkel moslim geregeerd land met een sociale wetgeving die enigszins lijkt op de onze.