zondag 12 maart 2000

2000 03 12 22 Hoofdstuk 19. Homofilie.


Hoofdstuk 19. Homofilie.

Met opzet dit lastige en precaire onderwerp als laatste, ook vanwege de heftige reacties die het kan oproepen.
Eerst maar eens wat bijbelteksten omdat christenen zich daarop vaak beroepen.
De tekst in Leviticus is duidelijk genoeg: H 8, vs 22 
Bij een manspersoon zult gij niet liggen met vrouwelijke bijligging; dit is een gruwel.
Maar dit hoofdstuk begint met:  18 vs. 2 
Spreek tot de kinderen Israëls en zeg tot hen: Ik ben de Heere, uw God!
Het hoort dus bij de wet die aan Israël gegeven werd en wij zijn niet onder de wet. 
Einde discussie.

Maar is Romeinen H.1 staat:
22.                       Zich uitgevende voor wijzen, zijn zij dwaas geworden;
23.                       En hebben de heerlijkheid des onverderfelijken Gods veranderd in de gelijkenis eens beelds van een verderfelijk mens, en van gevogelte, en van viervoetige en kruipende gedierten.
24.                       Daarom heeft God hen ook overgegeven in de begeerlijkheden hunner harten tot onreinigheid, om hun lichamen onder elkander te onteren;
25.                       Als die de waarheid Gods veranderd hebben in de leugen, en het schepsel geëerd en gediend hebben boven den Schepper, Die te prijzen is in der eeuwigheid, amen.
26.                       Daarom heeft God hen overgegeven tot oneerlijke bewegingen; want ook hun vrouwen hebben het natuurlijk gebruik veranderd in het gebruik tegen nature;
27.                       En insgelijks ook de mannen, nalatende het natuurlijk gebruik der vrouw, zijn verhit geworden in hun lust tegen elkander, mannen met mannen schandelijkheid bedrijvende, en de vergelding van hun dwaling, die daartoe behoorde, in zichzelven ontvangende.
28.                       En gelijk het hun niet goed gedacht heeft God in erkentenis te houden, zo heeft God hen overgegeven in een verkeerden zin, om te doen dingen, die niet betamen;
29.                       Vervuld zijnde met alle ongerechtigheid, hoererij, boosheid, gierigheid, kwaadheid, vol van nijdigheid, moord, twist, bedrog, kwaadaardigheid.

En dan in (1 Timotheus 1:9-10) En hij dit weet, dat den rechtvaardigen de wet niet is gezet, maar den onrechtvaardigen en den halsstarrigen, den goddelozen en den zondaren, den onheiligen en den ongoddelijken, den vadermoorders en den moedermoorders, den doodslagers, Den hoereerders, dien, die bij mannen liggen, den mensendieven, den leugenaars, den meinedigen, en zo er iets anders tegen de gezonde leer is;
De nieuwere vertalingen hebben het over knapenschenders.
Deze lijst van afwijkingen van de gezonde leer heeft niet als doel deze mensen het heil te ontzeggen, wel dat ze wet nodig hebben. In de volgende verzen verteld Paulus dat hij zelf vroeger een godslasteraar was en dat hij genade ontvangen heeft.
Christenen horen deze dingen niet te doen en als je de betere vertaling knapenschenders leest, dan is dat duidelijk.

Het hoofdstuk in Romeinen is een hele opsomming van alles wat mensen verkeerd kunnen doen of verkeerd gedaan hebben. Met als doel om aan te geven dat de mens zalig wordt door geloof, omdat ieder mens schuldig staat voor God. En verder is de hele brief geschreven en bewaard om juist duidelijk te maken dat alle mensen schuldig zijn, en dat je gerechtvaardigd wordt op grond van geloof, door genade en niet door werken of het onderhouden van de (joodse) wet.
Dus de eerste tekst uit Leviticus is niet van toepassing omdat wij als gelovigen niet onder de wet zijn, en die tweede is een vaststelling van de verkeerde geaardheid van de natuurlijker mens, die daarom verlossing nodig heeft.
De verwoording in Romeinen H.1 is ook bedoeld om de tijdgeest aan te geven. Hoewel ca. 1900 jaar geleden opgeschreven, spreekt het ook van de huidige tijd waarin het zeer wordt aangemoedigd om vooral voor je geaardheid uit te komen [Uit de kast komen].
Je krijgt de indruk dat, als je als artiest een beetje wilt meetellen, je toch homo moet zijn.
Met een bootje door de grachten van Amsterdam; homo is iets om trots op te zijn, dat is de strekking.
Maar als je de ijver ziet waarmee gemeenten en weg beheerders homo-ontmoetingsplekken proberen te verwijderen, dan geeft dat de indruk dat het niet allemaal zo onschuldig is als dat het COC ons doet voorkomen.
Maar toch:
Ik stel dat iemand die liever vrijt met iemand van hetzelfde geslacht al veel moet missen. Daar is hij zelf het eerste slachtoffer van. Het is zeker niet nodig dat dit nog verergerd wordt door raadgevingen of, nog erger, veroordelingen van mede gelovigen.
Ik wil zeker niet ontkennen dat er mensen zijn met deze geaardheid. Als diegenen er last van hebben, mogen ze God vragen om verandering, maar als die uitblijft, vertrouw dan op de genade waar ieder mens het van moet hebben.

En dan de vruchten van de geest = wat kenmerkt mensen die zich christenen noemen, of beter wat hoort deze mensen te kenmerken. Het lijstje staat in Galaten 5:22-23: Maar de vrucht van de Geest is: liefde, blijdschap, vrede, geduld, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid, zelfbeheersing. Daartegen richt de wet zich niet.
Die vruchten van de geest. Let vooral op dat er niet staat: '''de gave om te bepalen waaraan een mede gelovige zich schuldig maakt''.
Nee, de eerst vrucht is liefde, dat geldt ook voor mede gelovigen met een andere geaardheid.
En al die veroordelingen of goedbedoelde raad heeft op de homoseksuele persoon alleen maar het effect dat hij wanhopig wordt.
Het aantal mensen dat om die reden er zelf een eind aan maakt is veel te groot.
Welk oordeel gaf Jezus over de overspelige vrouw? 
Niks geen doodstraf die er volgens de wet op stond, wel de raad om niet meer te zondigen.

(Leviticus 18:22-23) Bij een manspersoon zult gij niet liggen met vrouwelijke bijligging; dit is een gruwel. Insgelijks zult gij bij geen beest liggen, om daarmede onrein te worden; een vrouw zal ook niet staan voor een beest, om daarmede te doen te hebben; het is een gruwelijke vermenging.
In dit verband de tekst: Doet wie niet deugd uit uw midden weg,
Verduidelijkt in: "Nu echter schrijf ik u, dat gij niet moet omgaan met iemand, die, al heet hij een broeder, een hoereerder, geldgierige, afgodendienaar, lasteraar, dronkaard, of oplichter is; met zo iemand moet gij zelfs niet samen eten" 1 Korinthiërs 5:11.
en: "Maar wij bevelen u, broeders, in de naam van de Heere Jezus Christus, dat gij u onttrekt aan elke broeder, die zich ongeregeld gedraagt, in strijd met de overlevering, die gij van ons ontvangen hebt. Gij weet immers zelf, hoe ons voorbeeld behoort gevolgd te worden, daar wij bij u niet van de regel afgeweken zijn" 2 Thessalonicenzen 3:6-7.
Let goed op dat homofilie daar niet bij staat, en de heilloze dingen die er wel staan zijn duidelijk tekenen van wangedrag, die door de persoon zelf, tegen beter in, gedaan worden.
En die overlevering heeft meer te maken met het grote onderwerp van alle brieven van Paulus, nl rechtvaardiging op grond van geloof en niet op grond van werken.
Ook dat deze strijd met de overlevering waarschijnlijk te maken heeft met het oproepen om toch vooral door werken de hemel te verdienen.
en daar tegenover: Oordeelt niet!

Teksten:
Mattheüs 7:1-3 Oordeelt niet, opdat gij niet geoordeeld wordt; 2 want met het oordeel, waarmede gij oordeelt, zult gij geoordeeld worden, en met de maat, waarmede gij meet, zal u gemeten worden. 3 Wat ziet gij de splinter in het oog van uw broeder, maar de balk in uw eigen oog bemerkt gij niet?
Romeinen 2:1 Daarom zijt gij, o mens, wie gij ook zijt, niet te verontschuldigen, wanneer gij oordeelt. Want waarin gij een ander oordeelt, veroordeelt gij uzelf; want gij, die oordeelt, bedrijft dezelfde dingen. 14:1 Aanvaardt de zwakke in het geloof, maar niet om overwegingen te beoordelen. 14:10a Gij echter, wat oordeelt gij uw broeder? Of ook gij, wat minacht gij uw broeder? 12 Zo zal dan een ieder onzer voor zichzelf rekenschap geven aan God. 13 Laten wij dan niet langer elkander oordelen, maar komt liever tot dit oordeel: uw broeder geen aanstoot of ergernis te geven.
1 Korinthe 4:1 Zo moet men ons beschouwen: als dienaren van Christus, aan wie het beheer van de geheimenissen Gods is toevertrouwd. 2 Voor zulke beheerders is dit tenslotte het vereiste: betrouwbaar te blijken. 3 Nu raakt het mij zeer weinig, of ik al door u of door enig menselijk gericht beoordeeld word. Ja, ook mijzelf beoordeel ik niet. 4 Want ik ben mij van niets bewust, maar daardoor ben ik niet gerechtvaardigd; Hij, die mij beoordeelt is de Here.
Jacobus 4:11 Spreekt geen kwaad van elkander, broeders. Wie van zijn broeder kwaad spreekt of hem oordeelt, spreekt kwaad van de wet en oordeelt haar; en indien gij de wet oordeelt, zijt gij geen dader, doch een rechter der wet. 12 Een is wetgever en rechter, Hij, die de macht heeft om te behouden en te verderven. Maar wie zijt gij, dat gij uw naaste oordeelt?

Commentaar:
Matth.:  Conclusie: Oordeel niet!
Rom.: Elk mens is van nature een zondaar, het is dus fout om een ander van zonde te beschuldigen, want je bent zelf ook een zondaar. Ook: als je een ander oordeelt plaats je jezelf boven hem. En: iedere gelovige is zelf verantwoording schuldig aan God, jij ben niet verantwoordelijk voor iemand anders. Wel je broeder geen aanstoot geven: als je dus een broeder hebt die zich stoort aan jouw homoseksueel zijn, loop er dan niet mee te koop.
Kor.: Weer: we worden beoordeeld door de Heere, [niet door mede broeders]
   Jac: zelfde verhaal: het oordeel is niet aan ons.


Samenvatting:
Als je weet dat een broeder homoseksueel is, oordeel hem niet.
In Rom 14 vs 12 staat: 
Zo zal dan nu ieder van ons voor zichzelf rekenschap geven aan God.
en in vs 4: Of hij staat of valt, gaat alleen zijn eigen heer aan. 

Behandel hem als een broeder. Het zijn, vaker dan normaal, heel aardige mensen.
Als je zelf homoseksueel bent omdat het in de mode is, dan zou ik toch proberen van het andere geslacht te gaan houden, maar als je zo geboren bent en er geen kruid tegen gewassen is: loop er niet mee te koop, blijf lekker in de kast zitten,  maar leef gewoon je leven en vertrouw op de genade die je gegeven is, net als ieder ander mens dat moet.


In het hele hoofdstuk geldt dat je voor broeder ook zuster mag lezen, een pot is ook homoseksueel.


1 opmerking:

  1. Goeie!! Gister had via FB nog contact met een Fransman, was een knappe gozer, nodigde hem uit ipv mij, God lief te hebben zodat ik hem als vriend zou hebben in de hemelse gewesten maar de liefde bleek toch niet zo groot te zijn, als ik had gezegd kom nu dan had hij met een paar uur voor mijn deur gestaan, maar ten 1e ik ben niet geïnteresseerd in een man en ook niet langer in een vrouw en blief liever het leven als Paulus. In het verleden heb ik wel zitten denken aan eventueel een man opdat ik tenminste van 1 liefde zou ontvangen omdat mijn eigen ouders zo afstandelijk waren als wat om om over narcisme maar niet te spreken, dat was mijn ma en het kreng is nu onder de grond maar dat van die vrouwelijke bijligging.. no thanks en ik neem het er niet bij, hoe leuk lief en aardig hij ook was.

    BeantwoordenVerwijderen